Het Deeltijdplafond bestaat (aldus FNV)

Hoogopgeleide mannen en vrouwen kunnen meestal fluiten naar een plek in de directiekamer wanneer zij niet voltijds werken. Met andere woorden: wie hogerop wil, moet geen papa- of mamadag opnemen. Onderzoeken in opdracht van Sociale Zaken tonen aan dat de wens om in deeltijd te gaan werken wel degelijk aanwezig is. De percentages liegen er niet om 25% van de hoger opgeleide mannen en 11% van de vrouwen zou (nog) minder willen werken. Bij leidinggevenden geldt dit zelfs voor 38% resp. 48%.

Maar zes jaar na invoering van de deeltijdwet is voltijd werken in de hoogste gelederen van een bedrijf nog steeds de norm. Bij werkgeversorganisatie VNO-NCW vraagt men zich zelfs af of de deeltijdkwestie wel een probleem is. ‘Mannen vragen er niet om’, aldus een woordvoerder. Ze voelen er dus wel voor, maar durven er kennelijk niet om te vragen. Sterker nog, ze stappen soms liever op dan een discussie over deeltijd aan te zwengelen. 

Dat werkgevers met de heersende voltijdscultuur hoogwaardig potentieel uitsluit voor topfuncties begint langzaam overal door te dringen, ook in de politiek. Maar bedrijven met een voortrekkersrol zijn schaars. De vooroordelen blijken namelijk hardnekkig. Nog steeds geldt dat aanwezigheid zwaarder weegt dan productiviteit. En dat terwijl steeds meer duidelijk wordt dat parttimers juist productiever en gemotiveerder zijn. Sommige bedrijven hebben al wel ontdekt dat zij met flexibele werktijden meer goede sollicitanten trekken dan met een lease-auto. Maar dat geldt vooral in branches waar de vraag groter is dan het aanbod.

Een paar voorbeelden van bedrijven die openlijk uitkomen voor een in alle gelederen doorgevoerd deeltijdbeleid: TNT Post, Caesar Groep (ict), Quinity (eveneens ict)

Ervaart u ook een deeltijdplafond? Ken uw rechten en plichten. De Wet Aanpassing Arbeidsduur (WAA) in het kort:

*Iedere werknemer in een organisatie met meer dan tien werknemers komt in aanmerking voor de regeling, ongeacht hoeveel uren hij of zij per week werkt.
*Ook wie ziek is mag een verzoek indienen om korter te werken. Maar de aanpassing gaat pas in nadat de werknemer weer beter is.
*Een werknemer mag maximaal 1x per 2 jaar om urenaanpassing verzoeken.
*Om aanpassing te vragen moet je minimaal 1 jaar in dienst zijn.
*Een aanvraag moet schriftelijk en minimaal 4 maanden voor de gewenste ingangsdatum ingediend.
*Een werknemer hoeft geen reden op te geven voor zijn verzoek.
*De werkgever mag het verzoek alleen afwijzen indien er een ‘zwaarwegend bedrijfs- of dienstbelang is’.
*De werkgever moet de reden voor afwijzing uiterlijk 1 maand voor de gewenste ingangsdatum schriftelijk laten weten.
*Heeft een werknemer 1 maand van tevoren niets vernomen, dan mag hij zijn arbeidsduur aanpassen. Ook als de werkgever het daarmee oneens is.